Opinie Dick Bennis, gemeente Hoorn: “Hoe FC Omni kansen creëert”

Opinie Dick Bennis, gemeente Hoorn

In deel 1 en 2 van het verhaal over FC Omni ging het over de kansen die een aantal individuele bestuursleden zagen om krachten te bundelen en hoe dat bespreekbaar en succesvol werd. Maar ook over hoe een veilig en kwalitatieve omgeving gecreëerd kan worden. In dit vervolg gaan we kijken naar het “wat” en hoe FC Omni de  mogelijke kansen benut heeft.

👉🏼 Lees hier deel 1.
👉🏼 Lees hier deel 2.

De kracht van verenigingen is onmiskenbaar. Op voorwaarde dat krachten in dezelfde richting duwen en dat zij elkaar versterken. De bestuurders van Fc Omni zitten zo in de wedstrijd. Zij zijn ervan overtuigd dat er meer overeenkomsten zijn tussen de verschillende onderliggende sportafdelingen dan verschillen. De bril waarmee zij kijken is geen bril van “ja maar …”, waardoor drempels worden opgeworpen, maar een visie vanuit “Ja en….” Daarmee zoeken zij naar mogelijkheden om iets juist wel voor elkaar te boksen, zelfs als dat op het eerste gezicht lastig lijkt. Als je wat verder analyseert, zul je namelijk zien dat wat lastig lijkt en verschillend, vaak gaat over hoe iets wordt uitgevoerd. Als je kijkt naar wat er moet worden uitgevoerd, wordt dat beeld direct heel anders en komt het dichterbij.

FC Omni wil dat mensen sporten en bewegen. Dat is namelijk de overkoepelende binding van alle sportverenigingen. Dat de ene voetbalt en de ander volleybalt, mag geen reden zijn van onderlinge concurrentie. Daarmee verspil je energie en zorg je dus dat er krachten wegvloeien die je nodig hebt om één kant op te duwen. Om de sportvereniging een serieus krachtenveld te laten zijn in de huidige maatschappij. De bestuurders van FC Omni hebben als belangrijkste taak dat zij ervoor zorgen dat de vereniging 5 jaar verder gebracht wordt. En dat jaar op jaar. Dat behelst een ander takenpakket dan dat waar de atletiekmensen en de honkballers binnen FC Omni mee bezig zijn. Die moeten zich juist richten en bezighouden met de technische aspecten van de sport en zorgen dat de leden zich daar volop kunnen uitleven. De financiën, de enorme regelgeving, de contacten met gemeenten, met bonden, met belangenbehartigers, met andere maatschappelijke partijen, zijn niet bepaald de aspecten waarom vrijwilligers zich ooit bij een club hebben gemeld. Die twee zaken (besturen en de sport runnen) uit elkaar trekken en toch verbonden houden is de crux van het succes. Lees deel 2 van Fc Omni over het potentieel dat daarmee vrijkomt.

Zoals in deel 1 van FC Omni reeds naar voren kwam, was er op dat moment een bepaald gevoel van urgentie. Financieel werd het lastiger, aantal vrijwilligers en bestuursleden wilden een stapje terug doen en daarmee werd de kwetsbaarheid van de toen nog aparte verenigingen, een issue. De gezondheid van de clubs op langere termijn kon niet gewaarborgd worden. Dat maakte gesprekken met de gemeente over bv accommodatie-verbeteringen en subsidie lastig. Waarbij de gemeente ook nog eens aandacht vroeg voor extra maatschappelijke inzet van de sportverenigingen. Maar ook de concurrentie van commerciële sportaanbieders die zich op sportgebied manifesteerden werd groter. De urgentie van gezondheid op langere termijn werd gevoeld en de eerste twee verenigingen die hiermee aan de slag gingen, FC Solo voetbal en GHTH atletiek (Geen Horde Te Hoog), vonden elkaar. Maar hoe vonden zij elkaar nu daadwerkelijk dat zij zich niet meer concurrenten voelden, maar partners binnen dezelfde bedrijfstak van sport.

Zij vroegen zich allereerst af wat haar bestaansrecht was. Waarom moesten zij nu zoveel energie stoppen in hun club om mensen een bepaalde sport te kunnen laten uitoefenen. Was het het wel waard om de club in leven te houden of werd het trekken aan een dood paard? Het antwoord werd snel gevonden en was Ja. Zowel FC Solo als GHTH kwam tot het volgende rijtje waarom zij wel degelijk een functie hadden voor de stad: – leden willen samen hun favoriete sport uitoefenen – de club levert de faciliteiten – de club neemt veel geregel uit handen van de leden – de vrijwilligers en leden willen ergens bij horen – de gezelligheid die wordt geboden – het vaste ritme dat de sport geeft – de bijdrage aan het sociale en maatschappelijke leven – een “gezamenlijke tegenstander” verbindt

Genoeg redenen dus om niet op te geven en de clubs overeind te houden en sterker te maken. De kwetsbaarheid van de clubs werd natuurlijk niet minder met dit rijtje. Deze werd zelfs nog meer helder, want er valt immers enorm veel maatschappelijke waarde weg als een club moeite heeft om overeind te blijven. Die urgentie werd daadwerkelijke gevoeld. De eerste stap was gezet: we gaan door.

Toen kwam vraag twee. Wat zijn nu daadwerkelijk verschillen tussen onze verenigingen en zijn er ook overeenkomsten. Het antwoord op deze vragen vereiste wel een bepaalde manier van kijken naar de clubs. Niet van “ja maar…” maar van “ja en…” meer op “wat” gericht dan op “hoe”. Maar het lukte. Natuurlijk is voetbal heel anders dan atletiek, net zoals handbal niet hetzelfde is als wielrennen en golf geen hockey is. De sport is anders, de regels, de accommodaties en soms ook de cultuur van de sport. Maar verrassend genoeg was het lijstje met overeenkomsten vele malen langer en dat bleek de basis om serieus na te gaan denken over een bestuurlijke fusie tussen de twee clubs. Waarom moeten we zowel bij Fc Solo als GHTH ieder ons eigen probleem oplossen als er zoveel overeenkomsten zijn. Beide verenigingen bestaan uit of maken gebruik van: – leden – sportmaterialen – trainers en coaches – accommodatie – tegenstanders – gezelligheid 3e helft – bestuur – sportbonden – contributie – clubkleuren en herkenbaarheid – vrijwilligers – trainingen en wedstrijden – speelschema – prestatiesport en breedtesport – toeschouwers – regelgeving van landelijke en lokale overheid – sponsoren

Tel daarbij op dat de gebieden waar de vereniging de meeste hoofdpijn van kregen (vrijwilligers, bestuursleden, accommodatie en toenemende regelgeving), ook nog eens opvallend veel gelijkenissen bevatten en het ei kon worden gelegd. Vervolgens is het ei ook daadwerkelijk uitgebroed door FC Solo en GHTH, waardoor het succesvolle FC Omni zich een serieuze plek in de stad kon verwerven. Met bestuurders die besturen en met vrijwilligers die de sportactiviteiten runnen. Een club waar een groot deel van de inwoners lid van is, vrijwilligerswerk doet of op een andere manier mee verbonden is. Met een ruim en afwisselend aanbod van verschillende sporten voor de leden, professioneel geleid zowel bestuurlijk, financieel als de sporttechnische organisatie. Met behoud van de diverse specifieke sportclub kenmerken van de deelnemers. Met volledige steun van de gemeente en met aanzien bij allerlei maatschappelijke partijen als ondernemers, onderwijs en binnen het sociaal domein. Visie, urgentie, focus op “wat” in plaats van “hoe” heeft FC Omni ver gebracht: de kansen benut.

FC Omni doet ertoe en hoort erbij!

, , ,

Geplaatst op: 2 oktober 2025