Visie & Beleidsplein

Zwembadbranche onder de loep

exploitatiebenchmark van Hospitality Consultants positief ontvangen

Janssen Lok, L., & Arko Sports Media (2015). Zwembadbranche onder de loep: exploitatiebenchmark van Hospitality Consultants positief ontvangen. Sportaccom - juni 2015.

Een nieuw brancherapport zoals voor de tennissport verscheen, zit er op korte termijn niet in voor de zwemsport. In 2012 en 2013 verschenen immers respectievelijk de Zwemmonitor en het Brancherapport Zwemmen in Nederland. In de Zwemmonitor, die door het Mulier Instituut in opdracht van de Vereniging Sport en Gemeenten (VSG) werd uitgevoerd, werd met name gekeken naar het aanbod van zwembaden en zwemwater in ons land. Omdat er nog geen externe financiering is gevonden voor een tweede meting, staat een nieuwe Zwemmonitor voorlopig nog niet op het programma. Ook het Brancherapport Zwemmen in Nederland was een productie van het Mulier Instituut. In dit boekwerk kwam zwemmen in al haar facetten aan de orde; van de geschiedenis tot zwemdeelname, van zwembadexploitatie tot zwemveiligheid en topsport. Waardevolle informatie, maar kun je er jaren mee vooruit?

Behoefte aan cijfers en duiding

Ondertussen probeert de branche zelf van alles om zo goed mogelijk inzicht te krijgen en te houden in actuele en relevante ontwikkelingen. Want de uitkomsten van de Zwemmonitor spraken drie jaar geleden boekdelen. Het aantal zwembaden en het aantal zwembadbezoeken namen af, twaalf procent van de zwembaden werd met sluiting bedreigd en de verwachting was dat de druk op zwemwater in stedelijke gebieden zou toenemen. Het grote aantal bezoekers aan het eind vorig jaar door de VSG georganiseerde zwembadcongres gaf eveneens aan dat gezocht wordt naar eenduidigheid. Hospitality Consultants, het in de branche bekende advies- en projectmanagementbureau dat zich bezig houdt met oplossingen voor beter beheer of beleid van sportvastgoed, is een organisatie die hier op ingesprongen is met de exploitatie van de Nationale Zwembadexploitatiebenchmark.

“In onze dagelijkse advisering, waarbij we veel gemeenten ondersteunen bij specifieke sportvraagstukken, merkten we dat er behoefte was aan een objectief vergelijk van de eigen zwembadexploitatiecijfers met vergelijkbare zwembaden”, zegt Ton Rutten, managing partner van het bedrijf. “Dus niet vergelijken met het zwembad in de buurgemeente (dat er qua oppervlakte en uitstraling wellicht heel anders uitziet) maar met zwembaden die qua productaanbod en omvang vergelijkbaar zijn. Bovendien merken we als Hospitality Consultants dagelijks hoe belangrijk gastvrijheid en beleving is voor een positieve vrijetijdsbesteding, waar we een zwembadbezoek ook onder kunnen scharen.”

Hoe ziet de benchmark er uit?

De introductietekst van de brochure van de benchmark laat niets te raden over. ‘Bent u benieuwd hoe uw zwembad presteert ten opzichte van andere zwembaden?’ ‘Wilt u goed voorbereid de discussie voeren over de huidige exploitatiebijdrage?’ En: ‘Of wilt u wilt weten hoe u de sterke punten van uw zwembad nog beter kunt benutten?’ Kort gezegd: de benchmark inventariseert en analyseert exploitatiegegevens en vergelijkt deze met die van andere zwembaden, waarbij de volgende cijfers in beeld worden gebracht:

  • de eigendom- en beheersituatie;
  • het voorzieningenniveau en de functionaliteit;
  • de bezoekaantallen in relatie tot omvang van het bad, van het verzorgingsgebied, van de gemeente en van de personele organisatie;
  • de tarieven per gebruikersgroep;
  • de bezettingsgraad en benutting;
  • de financiële kengetallen: kosten en opbrengsten en exploitatieresultaat, personeelsinzet (in uren), verbruik gerelateerd aan de omvang van het bad en het aantal inwoners, de totale kosten en/of het aantal bezoeken.

Rutten: “Er was wel al een benchmark in de markt voorhanden, maar dat was enkel een cijfermatig vergelijk zonder toelichting. We hebben daarom bewust ingezet op niet alleen het presenteren van de cijfers maar ook op het benoemen en analyseren van verschillen. Ook hebben we een extra ‘belevingswaardescan’ toegevoegd waarin het zwembad door ons wordt bezocht. Aan de hand van een aantal punten wordt dan de beleving van de bezoeker meegenomen. Hiermee hebben we getracht een onderscheidend product neer te zetten waarmee we onze doelgroep zo goed mogelijk kunnen bedienen.”

Positieve resultaten

En dat lijkt aardig gelukt te zijn. “Inderdaad”, zegt Rutten. “Dat bleek al in de eindbijeenkomst, waarin we de bevindingen met alle deelnemers bespraken. We hadden onszelf voor het eerste jaar als doel gesteld om twintig zwembaden te laten deelnemen. Dat doel hebben we helaas net niet gehaald, maar we hadden ruim voldoende deelnemers voor een eerste keer om voor elk zwembad een goede vergelijking te kunnen maken en per zwembad een goede referentiegroep samen te stellen.” De vertaling van papier naar de praktijk is de logische vervolgstap voor de exploitanten. De integrale resultaten van 2014 zijn niet afzonderlijk gepresenteerd. Rutten: “Dat is omdat we de tool in het eerste jaar vooral voor de individuele zwembaden hebben opgezet, zodat zij handvaten krijgen om hun eigen exploitatie op onderdelen te verbeteren. Wel hebben we in ons eigen SWM-magazine een overall terugblik opgenomen met daarin ook reacties van enkele deelnemers.” Daar is te lezen dat deelnemers de exploitatie van hun eigen zwembad nog eens nader zijn gaan analyseren en dat zij de specifieke benchmarkbijeenkomst van grote toegevoegde waarde vonden. Juist het delen van informatie en best practices in combinatie met de eigen resultaten bleek te zorgen voor nieuwe ideeën om de exploitatie te verbeteren.

Amstelveen en Alphen aan den Rijn

Zo geeft het Sportbedrijf Amstelveen, exploitant van zwembad De Meerkamp aan dat ze ‘inzicht hebben gekregen in hoe onze kengetallen zich verhouden tot andere zwembaden en wat het economisch rendement is van ons zwembad. Naar aanleiding van de benchmarkbijeenkomsten hebben wij contact gelegd met een andere deelnemer en hebben we onze goede initiatieven, zoals het roosterprogramma Tactiplan en het aquasportcircuit Amstelveen Beweegt Gezond 55plus gedeeld’. Ook de belevingswaardescan viel in goede aarde. Er wordt daarbij ingegaan op fysieke aspecten als functionaliteit, onderhoudsstaat, voorzieningenaanbod en op belevingsaspecten als gastvrijheid, attractiviteit en toegankelijkheid.

De Stichting Sportspectrum Alphen aan den Rijn, dat twee baden beheert, geeft aan dat zij mede door de benchmark de exploitatie verbeterd heeft. Het leszwemmen is met 20% gegroeid en de belevingswaardescan heeft ertoe geleid dat er meer gebruik wordt gemaakt van de sociale media om de activiteiten in beide zwembaden onder de aandacht te brengen. “Dat zijn dus tastbare resultaten”, stelt Rutten. “En omdat we meerdere referentiegroepen hebben aangemaakt, is de benchmark interessant voor zowel kleine als grote zwembaden en voor zowel binnenzwembaden als openluchtbaden.”

Vervolg in 2015

Er is al met al zeer positief gereageerd op de nieuwe online tool als benchmarkinstrument. Veel deelnemers gaven aan dat de tool bij uitstek geschikt is om te weten waar het zwembad staat. Door periodiek deel te nemen aan een benchmark beschikt het zwembad over een instrument om de eigen organisatie scherp te houden. De deelnemers zijn het er dan ook over eens dat de benchmark moet terugkeren. Een vervolg in 2015 lag dus voor de hand. Rutten: “We zijn voornemens om op basis van de resultaten van dit jaar, in combinatie met die van vorig jaar, wel bepaalde trendontwikkelingen in beeld te brengen en daarover te gaan publiceren. Uit de evaluatie die we na afloop hebben gedaan hebben we gemerkt dat het onderscheidend vermogen van onze benchmark goed wordt gewaardeerd en dat vooral de toelichting op de cijfers (al dan niet in combinatie met de bevindingen uit de belevingswaardescan) een meerwaarde zijn. Ook hebben partijen aangegeven dat ze wellicht niet elk jaar een ‘intensieve’ benchmark willen laten uitvoeren maar soms ook voldoende hebben aan alleen een cijfermatig vergelijk. Deze optie hebben we dit jaar daarom aan ook aan de benchmark toegevoegd zodat partijen die vorig jaar een uitgebreid rapport hebben ontvangen dit jaar voor een lager bedrag dit kunnen actualiseren.” Deelnemers kunnen dit jaar dan ook kiezen uit een drietal modules:

  1. Exploitatie in beeld, puur cijfermatig vergelijk.
  2. Persoonlijke analyse en toelichting op uw zwembadexploitatie.
  3. Belevingswaardescan.

Opbouwen van historie

“Verder is er niet veel veranderd”, vervolgt Rutten. “Net als in 2014 lichten we alle deelnemers in een startsessie de waarde van de benchmark, de vragenlijsten en de planning toe. Samen bepalen we de meest actuele vraagstukken en praktische zaken waarna wij die verwerken in de analyse van de benchmarkresultaten. In een eindbijeenkomst bespreken we de bevindingen. We gaan met elkaar in gesprek over de resultaten, actuele thema’s en praktische zaken.”

Rutten kijkt dan ook met vertrouwen naar de toekomst van de benchmark: “We hopen dit jaar uiteraard weer een stap te maken in deelnemersaantallen, waardoor we nog meer relevante data naast elkaar kunnen zetten. Daarnaast kunnen we nu historie gaan opbouwen, doordat we over meerdere jaargangen gaan beschikken.

Doel voor de komende jaren is om het instrument waar nodig nog verder te verfijnen, een vaste groep gebruikers te gaan creëren en uiteindelijk de voornoemde trendrapporten voor onze doelgroep te gaan genereren met behulp van de opgebouwde cijfers en historie”.

 

Lees ook:

Uitgever(s): Arko Sports Media,

Auteur(s)

Klik op de auteur meer artikelen te zoeken van deze auteur.

Leon Janssen Lok
Arko Sports Media

Tags van dit artikel

Klik op de tag meer artikelen te zoeken met deze tag.

exploitatie
zwembaden